Datastructuren
Leerdoelen
Na afloop van het vak kan de student
eenvoudige algoritmische problemen modelleren
en oplossen met een zelfgeschreven programma.
- Datastructuren.
De student kent elementaire datastructuren,
hun eigenschappen, de complexiteit van hun operaties,
en hoe ze toe te passen in een programma:
Stack, Queue, PriorityQueue, HashTable, Tree.
- Sorteren.
De student kent sorteeralgoritmen en hun eigenschappen:
QuickSort, InsertionSrt, HeapSort,
CountingSort, RadixSort, BucketSort,
in-situ, stabiel, ondergrens, complexiteit O(n lgn).
- Analyse.
De student kan de asymptotisch complexiteit
van algoritmen analyseren:
statements, loop, recurrente betrekking.
- Programmeren.
In aanvulling op eerdere cursussen over programmeren
kan de student loops analyseren met een invariant,
recursie gebruiken, pass-by-reference gebruiken.
- Wiskunde.
De student kan wiskundige gereedschappen hanteren
voor het rekenen aan programma's en modellen:
bewijzen met inductie, sommaties, Master Theorem,
kansrekening en verwachting, recurrenties, Taylorreeks.
- Implementeren.
De student kan een C# programma schrijven
waarin bovenstaande wordt toegepast.